woensdag 29 april 2009

Jan gaat verder

Deel 2 van de reeks die ik gisteren begon, betreft een ontdekkingstocht door fotowerk van Jan, over wie ik al eerder schreef. 'Jan gaat verder waar Google Earth stopt.' Dat was de titel van zijn expositie in het najaar van 2008, en in zijn ogenschijnlijke voor-de-hand-liggendheid een geniaal idee. Nu is het terug te vinden in een voor iedereen toegankelijk programma. Voor mij, en waarschijnlijk ook voor jullie, zullen het Julianapark in Utrecht én Google Earth nooit meer hetzelfde zijn. En Jan ook niet.

dinsdag 28 april 2009

Tegelijkertijd

Ik wil jullie hier niet weg hebben, echt niet. Maar sinds JWL – die zojuist de straat uitreed terwijl een symfonie van Haydn door zijn boxen galmde – het filmfragment van zondag op zijn eigen blog geplaatst heeft, voelde ik ook de behoefte wat virtuele levenstekens van vrienden en bekenden delen. In deel 1 van deze reeks: Herman. Ik ben geneigd te schrijven: Herman is God. Maar laat ik niet overdrijven. Herman plaatst op zijn blogsite www.tegelijkertijd.nl in ieder geval vrijwel dagelijks een prachtige foto. Eigenlijk iedere dag een boekomslag, wat mij betreft. Ik kan de titels en de romans er vaak direct bij bedenken. Hoe hij het doet, is me soms een raadsel, alhoewel... het komt door zijn ogen; dat zie je wel als je hem ziet. Kijk even met me mee, tegelijkertijd.

zondag 26 april 2009

Eindeloos 1.37 min.

Lichaamstaal

S. vertelde dat ze in bad naar haar hart had liggen luisteren – en rust had gehoord. In haar woorden herkende ik de letterlijkheid van uitdrukkingen als 'gespannen zijn'; 'knikkende knieën hebben'; 'uit je evenwicht zijn'; 'knopen in je maag hebben'. Ik voelde dat het lijf gedachten overbodig maakt. Het lichaam is de tastbare waarheid die we altijd bij ons hebben, en het spreekt. Zo hield ik de afgelopen dagen letterlijk mijn hart vast – opdat het niet breken zou, zoals het prachtige, zorgvuldig gekoesterde servies dat ik maandag zonodig aan scherven smijten moest.

zaterdag 25 april 2009

De les van Bril

Donderdagmiddag zat ik met werkvriend G. in de laatste baan zonlicht die nog tussen de huizen doorkwam op een terras. We dronken een licht benevelend glas witbier of twee en spraken over de voortijdige dood van Martin Bril (1959-2009), sloten aan in de rij. Bril had geschreven als een taoïst, en was daarin een lichtend voorbeeld. Natuurlijk, als hij erop uit trok om een rotonde te gaan bekijken, een dorpje of een polder met een bijzondere naam, dan had hij een bestemming gekozen. Maar meteen daarna schreef hij over wat hij aantrof. Onderweg, ter plaatse. Hij ging niets zoeken, hij vond.

donderdag 23 april 2009

Villa Homesick

Volgende week rond deze tijd ben ik de grens over. Bij de gedachte daaraan overvalt me ineens een lichte angst... heimwee. Het is alsof ik nu niet weg kan, alsof het een vorm van verraad is, alsof ik achterlaat waar het werkelijk om gaat, en dat ik mij daar zal beklagen dat het leven elders is. Heimwee lijkt ineens op het gemis van iets dat niet verdwenen is – en ik voel het al voordat ik van huis vertrokken ben.

woensdag 22 april 2009

maandag 20 april 2009

zondag 19 april 2009

Uit de leeszaal (8)

'Ze konden uren lopen zonder iets te zeggen. Zonder dat het ooit was uitgesproken wist hij dat zij wist dat zo datgene wat hij ooit goed gedaan had in zijn werk tot stand kwam. Hoe dat mechanisme werkte kon hij niet zeggen. (...) En toch, wat was het nu helemaal, dat denken? Het had iets met leegte te maken, veel meer viel er niet over te zeggen. De dag moest leeg zijn, en hijzelf eigenlijk ook. Lopend had hij het gevoel dat die leegte door hem heen stroomde, dat hij transparant was geworden, of er op een eigenaardige manier niet was, niet bij de wereld van de anderen hoorde, er net zo goed niet had kunnen zijn.'
[Cees Nooteboom, Allerzielen, p. 17-18]

zaterdag 18 april 2009

Last days of the s.s. Independance

Door een zoekvraag die ik nu vergeten ben, kwam ik terecht op de website van Troy Paiva. Paiva maakt foto's van the abandoned underbelly of America en doet dat vooral 's nachts, bij het licht van de volle maan, of in een hyper-esthetische rode, blauwe of fuchsia kunstbelichting. Hij is een urban explorer, ook in de leegte van het platteland en fotografeert 'lost wheels', 'lonely chairs' en (ook mooi) 'immobile homes'.
Wat mij het meest is bijgebleven, is zijn fotoserie over het spookschip de s.s. Independance, een in 1950 gebouwd passagierschip dat destijds iedere zes weken vanuit New York naar het Middellandse Zeegebied voer. In de jaren '70 was het schip daarvoor te traag en te duur in onderhoud geworden, en werd het ingezet op cruises naar de Hawaii eilanden. Sinds 2001 lag het leeg en verlaten aan de ketting, op verschillende plekken in de baai van San Francisco: een spookschip in de mist. In 2008 maakte ze 'haar laatste reis' en zou naar Singapore of India gaan, vermoedelijk om gesloopt te worden, maar dat is nog steeds niet gebeurd. Paiva's foto's van de lege brug van het schip, de stoffige danszalen, het uitzicht uit een roestige patrijspoort, een verlaten suite waar je zomaar nog de nacht zou kunnen doorbrengen, zijn indrukwekkend in hun verbeelding van verlatenheid.
Ik denk soms ineens aan dat spookschip, vanwege de suggestie van een verhaal, het verhaal van een vrouw - omdat het schip steeds met 'zij' wordt aangeduid. Het is alsof ik haar gekend heb, en me dezelfde vragen stel als Paiva, wanneer hij schrijft: 'As of this writing, her fate is still in question.'

donderdag 16 april 2009

Dag zonder einde

Gelukkig lijd ik niet aan slapeloosheid. Sterker nog: ik ben in staat om overal en altijd goed te slapen 's nachts. Als ik ziek ben, word ik beter van wat extra uren slaap. Ik los soms zelfs ingewikkelde puzzels op door er over te slapen. Slechts een enkele keer lukt het me niet. Gisteren lag ik in bed en had ik nog maar een paar uur om te slapen. Dat wilde ik ook, maar ik kon het niet. Dus stond ik weer op, en liep wat heen en weer door mijn verduisterde huis, van de keuken naar de woonkamer, en weer terug, en heen. Zo nu en dan keek ik door een kier tussen de gordijnen op straat, in de hoop dat er misschien iets voor zou vallen met de nachtelijk huiswaarts kerenden, die zich alleen of slechts samen waanden. Maar vannacht bleef de straat leeg. Ik was alleen met mijn bonzende onrust, mijn hart wilde niet dat de dag op zou houden. Ik kon nog niet stoppen met leven.

maandag 13 april 2009

Van de schrijftafel (1): de intocht

'De warmte van mijn handen heeft wonderen verricht, dat weet iedereen die ze gevoeld heeft en voor hun helende werking openstond. In de aanraking van mijn handen incarneert de tastbaarheid zelf. Het enige dat ik vraag is aandacht. Want het is slechts aanwezigheid die voelbaar wordt, een warmte die iedereen zou kunnen geven. De mensen zijn echter koud gemaakt, en bang geworden voor de bevingen van de aarde, voor scheuren in de korst, voor de vloeibaarheid van de wereld. Soms heb ik met mijn handen die angst even weg kunnen nemen. Morgen zal ik dat voor heel de wereld doen en ze uitstrekken naar iedereen. En iedereen die mij vasthoudt, zal oog in oog staan met het magma van de liefde.'
[uit: 'De Intocht', voordracht tijdens de Salon der Extase, 11 april 2009]

zondag 12 april 2009

Autoritratto

Modena, 15 augustus 2006: met mijn mobiele telefoon maak ik per ongeluk een zelfportret, een autoritratto dus (mooi woord, altijd al een keer willen gebruiken). Ik portretteerde mijn kritische zelf met een vinger voor de lens en, zoals al mijn mobiele telefoonfoto's, 's nachts of in schaars verlichte ruimtes, in dit geval de Corso Cavour. Ik was met Gianmaria Testa, Gabriele Mirabassi en Nicola Negrini en aanhang onderweg naar een bar, na hun indrukwekkende openlucht optreden in de Giardini Pubblici. Dat ik de fotofunctie van de telefoon niet begreep, kun je aan me zien – zoals je doorgaans alles aan me kunt zien.
Geldt dat ook voor Polaroid van de dag? Dit is mijn honderdste blogbericht. Is het tijd om een balans op te maken, zoals presidenten en interimmanagers dat soms na honderd dagen doen? Ik kijk zelf nog steeds met verbazing naar wat de blog over mezelf te zien geeft, en wat niet. Moet ik er al mee stoppen? Heeft het zin na honderd dagen kritisch terug te kijken, op alles wat nieuw is? Is het na honderd dagen niet nieuw meer? Ik geloof er niks van. Tot morgen.

zaterdag 11 april 2009

Stille zaterdag starparty

Nog iedere dag schuift er een dia van Berlijn voor mijn geestesoog. Daardoor valt mijn blik ook op een interview met schrijfster Chloe Aridjis, die een roman schreef met de titel Wolken boven Berlijn. Zij vertelt lid te zijn van de International Dark Skies Association (IDA), die zich inzet voor het terugdringen van nodeloos verspillend gebruik van kunstlicht, en de zogenaamde 'lichtvervuiling': 'Als we voortdurend door kunstlicht zijn omgeven, zien we de sterren niet meer. En het gaat me ook om een visuele stilte. Die hoort voor mij bij de nacht.'
De Dark Skies Association website opent een van die vele onbekende, maar grote werelden in het web: de IDA blijkt protest en allerlei activiteiten te organiseren, inclusief zogenaamde starparties. De Association heeft ook een mission statement (
'to preserve and protect the nighttime environment and our heritage of dark skies through quality outdoor lighting'). Hun site opent echter met een veel poëtischer citaat, eentje waarmee we dit hele paasweekend vooruit kunnen: 'Darkness is as essential to our biological welfare, to our internal clockwork, as light itself'. Verder zien we mooie foto's van extreem fel verlichte, maar verlaten parkeerplaatsen, straathoeken en erven op de site – je zou er juist een organisatie voor behoud van al die extreme uitlichting voor gaan oprichten.
Omwille van deze Stille Zaterdag zal ik vannacht echter een eigen starparty organiseren, ver
van de verblindende verlichting van onze straten. Misschien zie ik jullie daar. Dan kunnen we in alle rust samen naar de sterren kijken.

vrijdag 10 april 2009

Hongerige wolf

Het was een ongehoorde vlaag van leeshonger die mij gisteravond de straat op dreef. Omdat de winkels en de bibliotheek om 21.00 uur zouden sluiten, had ik nog een uur om een boek te vinden dat me zou kunnen kalmeren. Ik wilde lezen, lezen en nog eens lezen, niets anders meer. Maar dan niet langer de richtingloze woordenbrij van Javier Marías: ik wilde heldere zinnen, zuiverheid, harde duidelijkheid met een levensgevoel dat aansloot op het mijne, of daar precies mee contrasteerde. Ik racete de straat uit, op weg naar de dichtstbijzijnde bibliotheek. Die bleek een week geleden zijn sluitingstijden te hebben aangepast: het was er onverwacht donker en doods. Met een holle blik in de ogen beende ik het nabij gelegen winkelcentrum in en zag in de verschrikte ogen van de tegenliggers mijn junkiemotoriek weerspiegeld. Tussen de bestsellers in de boekhandel trof ik niets van mijn gading, het luisterde nauw. Dus stoempte ik weer naar huis.
Eenmaal thuis herademde ik voorzichtig; zou er tussen al die ruggen toch niet eentje zijn die me dragen kon?
Een Japanner, Kafka's brieven aan Felice, toch weer Allard Schröder? Ik zette mijn tanden in Houellebecq, Mogelijkheid van een eiland. Al die duizenden gebonden en gelijmde woorden in de schemering: niks pronkstukken van een verzameling; prooien van de jacht, de jacht van een hongerige letterwolf.

woensdag 8 april 2009

De moraal van mijn ringtone

Als je mij belt, hoor ik deze klassieke tune. In mijn hoofd klinkt dan bovendien de onheilspellende voice-over van de tv-serie en ik beluister de moraal van mijn ringtone erin: 'Knight rider. A shadowy flight into the dangerous world of a man who does not exist. Gert, a young loner on a crusade to champion the cause of the innocent, the helpless, the powerless, in a world of criminals who operate above the law.'

dinsdag 7 april 2009

Buiten de context

De schrijftafel lijkt soms verlaten - niet alleen die in Modena. Maar dat nieuwe boek komt er, maakt u zich geen zorgen. Ik ben wel degelijk aanwezig: hier in mijn polaroids, en daar in mijn dagboeken, waar ik probeer mijn gedachten en gevoelens te temmen; terug te jagen in de kooi van de geoorloofde weldenkendheid, ouderwets, met inkt op papier - zoals ook destijds in Modena, in de oogverblindende zomer van 2006. De afgelopen week werkte ik aan een kort verhaal voor de Salon der Extase, de komende extatische editie van stille zaterdag ten huize van P.
Het schrijven houdt natuurlijk nooit op; het is de ziekte van mijn bloed, mijn levensloop en de bedreiging van mijn auto-immuunsysteem tegelijk. Soms kondigt zich nieuwe koorts aan, in een verheviging van de zintuiglijke gevoeligheid. Dan trekken bijvoorbeeld zinnetjes uit juist zeer bloedeloze teksten ineens mijn aandacht. Zo kon ik, overigens pas een paar uur nadat mijn woede was bekoeld, de sarcastische lentewens inzien van het telefoongesprek waarin mij een 'update van mijn overlijdensverzekering' werd aangeboden. In een e-mail op het werk las ik gisteren de zin: '
Ook wil ik je verzoeken om de gegevens te blijven nalopen en aanvullen, met name het onderdeel verbanden.'
Soms kun je iets opmaken uit de context, maar
schoonheid bestaat vaak bij de gratie van het ontbreken of verwisselen ervan. Leeft schoonheid buiten de context? Ze wordt in ieder geval beschreven, maakt u zich daarover geen zorgen.

Ben zo terug

zondag 5 april 2009

zaterdag 4 april 2009

Betekenis

De vragen die ik opschrijf, ieder verhaal, groeit uit zichzelf en groeit uit de taal. Is de vraag van mijn personage, is zijn verhaal dan ook niet zozeer mijn vraag en mijn verhaal, maar een verhaal alleen van taal?

vrijdag 3 april 2009

Kiezen

Betekent 'iets doen' het beperken of juist het vergroten van de mogelijkheden? Is er meer mogelijk wanneer je iets doet of als je stilstaat bij de mogelijkheden - omdat je niets doet?

donderdag 2 april 2009

Wat zagen zij?

Twee van de drie Italiaanse heren in mijn gezelschap bleken 'Massai'schoenen te dragen en vertelden hun eigen verhaal over de invloed van de manier van lopen op hun gezondheid. Even later beschreef een van hen hoe Roland Barthes in Het rijk van de tekens over de Japanse pachinkohallen vertelt. Hoe verslaafd sommigen aan dat spel met de metalen balletjes in kastjes ook zijn; velen gaat het schijnbaar meer om de kwaliteit van hun spel, dan om de winst die ze er in theorie mee kunnen maken. Ondertussen verdienen de eigenaars van de gokhallen (niet zelden yakuza) natuurlijk bakken met geld aan deze training. Toen we na het diner weer over straat liepen, veronderstelde de klarinettist van het stel een mogelijk verband tussen de grachten in Nederlandse steden en het sociale leven dat er een gevolg van zou zijn. Daar had ik even geen antwoord op.
Even tevoren had ik in de laatste zachte streep zonlicht tussen hoge huizen door, op een brug in het hart van de stad, op hen staan wachten. Nadat de zon achter de daken verdwenen was, had ik me een halve slag gedraaid en ineens de Groeten uit Utrecht gezien: een uitzicht waar ik in de afgelopen 20 jaar dat ik hier woon, nooit bij had stilgestaan. Later liet ik mijn gezelschap meekijken en ze vonden het prachtig. Maar wat zagen zij? Wat zagen wij eigenlijk gisteravond?