zondag 4 september 2011

Reconstructing Marx

Iedere keer als ik zijn naam lees, trekt die in het bijzonder mijn aandacht. Karl Marx. In Londen, een halfjaar geleden, was het bezoeken van zijn graf gewoon een doel. Op andere momenten kruist hij toevalliger mijn pad. In Zaltbommel trof ik hem onlangs. Daar woonde een nicht van hem, en liet hij zich in de winter van 1863-1864 door de 'stadsgeneesheer', haar echtgenoot, voor langere tijd behandelen. Hij is daar nu nog 'gootspook': een van de tientallen bronzen beelden in de dakgoten van het stadje. Ik kwam hem tegen op het vliegveld van Genève, waar ik in een achtergelaten exemplaar van de Neue Zürcher Zeitung de rubriek 'Schach' las, met daarin de, overigens fictieve, schaakpartij tussen Marx en Heinrich Meyer uit 1867 (het bleek eigenlijk om een Engelse schaker te gaan die 'Marks' heette). In Utrecht vond ik tussen de afgedankte boeken van een hoogleraar Isiah Berlins boek over leven en werk van Marx - zodat ik me nu eens echt in de man kan gaan verdiepen.
Ik heb een zwak voor Karl Marx. Hij was een wetenschapper, een stoffige bibliotheekbezoeker, in wiens naam een revolutie werd gestart en die tegenwoordig verguist en beschimpt wordt als een absurdistische anomalie van de geschiedenis. Ik geloof dat wij te weinig van hem weten, dat hij misschien een in wezen verkeerd begrepen genie was, met wiens inzichten anderen aan de haal gegaan zijn. Maar ik weet eigenlijk zelf gewoon weinig van hem af, al blijft hij mijn pad kruisen en voel ik steeds de noodzaak nader kennis te maken. In die zin is er vast leven na de dood. Ik zal eens aan die biografie beginnen.