dinsdag 14 juni 2011

Uit de leeszaal (63)

‘Is dit nou beschaving?’ vatte ik onderweg tegenover Mirjam mijn walging nog eens samen. ‘Een maatschappij, een samenleving, een stad… dat behoort overwinning op de wanorde te zijn. Het is een organisatie die niets aan het toeval overlaat, althans dat zo min mogelijk probeert te doen. De chaos vindt altijd wel ergens een kier om de orde binnen te dringen. Maar het streven dient altijd ordening, organisatie, beheersing van de chaos te zijn. Toch? Ik wil best geloven dat op dat uur het oranje licht laten knipperen minder riskant is dan met rood en groen werken. (…) Tonio was het slachtoffer van de uitzondering. De kleinere nederlaag die het systeem lijdt, ten nadele van de grotere. Het vreselijke is dat de samenleving haar verlies vanzelfsprekend neemt… zwijgend… Het is nou eenmaal ingecalculeerd. Het gevolg is dat niemand zich over ons buigt. Geen verontschuldigend woord, niets. IJskoude stilte. Wij blijven gewoon belasting betalen voor de nachtelijke organisatie van de Amsterdamse stoplichten. Niemand maalt er verder om. Wij dienen ons verlies te nemen zoals zij hun verlies nemen. Als een bedrijfsongevalletje.’
[A.F.Th. van der Heijden, Tonio, p. 409-410.]