dinsdag 3 augustus 2010

Witzli Poetzli

We dronken er een verkoelend ‘bolleke’ of twee, bij Witzli Poetzli, in de schaduw van de kathedraal. Naast ons zat een man te lezen in een boek met de titel Plan B, en dronk er een koffie bij. Zo nu en dan maakte hij een opmerking met een cynische ondertoon. Hij klonk als een literatuurcriticus. Ik vroeg het meisje dat ons de glazen kwam brengen waar de naam van het café vandaan kwam.
‘Het is de naam van een Russisch, of nee, Tsjechisch sprookje,’ zei ze, en ging verder naar de andere tafeltjes.
‘Het is de meest gestelde vraag hier,’ zei de man naast ons, ‘en iedere dag krijg je een ander antwoord.’
Dat leek me een prachtig idee, maar ik vertrouwde het niet.
De zinnetjes verdampten, tot aan de volgende bestelling. Ik vroeg het meisje of ze het sprookje kort kon navertellen. Ze glimlachte en schudde ontkennend haar hoofd. Omdat ze zag dat onze buurman zijn boek weer had neergelegd om mee te luisteren, zei ze: ‘Het was iets met een kwelgeest – voor degenen die geen alcoholische dranken drinken.’
Waarna ze ironisch glimlachend met een dienblad vol glazen weer rap naar binnen ging.

Dagen later deed ik een kort speurtocht naar Witzli Poetzli en stuitte op het tragische verhaal van voormalig eigenaar Guido, die nog niet zo lang geleden dood is gegaan, waarschijnlijk als gevolg van een mishandeling door een stel Nederlandse studenten. Om je weer eens kapot te schamen over je landgenoten, die hier, zoals bekend, in de weekends de beest komen uithangen.
Witzli Poetzli zou op een figuur uit Boelgakovs roman De meester en Margarita slaan, en een verbastering zijn van de naam van een Azteekse God, aan wie mensenoffers werden gebracht. Het zal weer geen toeval zijn.