dinsdag 18 januari 2011

Leren

Gisteren heb ik voor het eerst sinds jaren weer eens in de collegebanken gezeten, tijdens de zogenaamde studiemarathon. Deze positieve protestactie van studenten tegen voorgenomen destructief onderwijsbeleid van de huidige regering, bracht 24 uur lang docenten, dichters en hoogleraren naar het gebouw waar ik drie dagen per week werk.

Ik volgde er zelf twee colleges, een over Hannah Arendt ('s ochtends) en een over Sigmund Freud ('s nachts). Stemmen uit een verdwenen wereld, maar van betekenis tot op de dag van vandaag. Over de banaliteit van het kwaad tot het geen principieel onderscheid maken tussen normaal en pathologisch.
Met de docent die Freud om een uur 's nachts ‘aan de arbeiders verklaarde’, zaten we daarna nog even in de kroeg en de kennis die ik had opgedaan, vermengde zich met associaties, herinneringen, ideeën, de ruisroes van het bier en, later vandaag, het slaaptekort. Ogenschijnlijk een inspirerende, intellectuele composthoop. Vooralsnog ruik ik slechts vlagen van de werkelijke kennis, die vast ergens dieper in mij, goed opgeslagen is, en broeit. Want geleerd heb ik, dat voel ik, en het is een van de mooiste fenomenen van de menselijke geest die ik ken. Kennis; niet om de macht, maar om het inzicht in een verband.